QA-status en planning-status
QAWeb Enterprise geeft de huidige status van werkstations en schermen in termen van kwaliteitszorg weer aan de hand van twee statussen die nauw verwant zijn:
De QA-status : geeft het meest recente resultaat van een QA-test aan. Deze status geeft aan of de taak de criteria heeft gehaald of niet kon halen, bij de laatste uitvoering ervan. Het geeft ook aan of de taak nog nooit ten volle werd uitgevoerd.
De planning-status : geeft aan of de QA-tests worden uitgevoerd volgens de verwachte planning (bepaald door de geconfigureerde frequentie voor de QA-test in de beleidslijn)
Zowel QA-status als Planning-status worden bijgehouden voor elk beeldscherm en worden samengevoegd tot op werkstationniveau. Dit wordt hieronder beschreven:
QA-status van individuele taken
De QA-status geeft aan of de QA-test aan de criteria heeft voldaan die zijn gedefinieerd in de QA-beleidslijn. Het verwijst naar de meest recentelijk voltooide uitvoering van een QA-test. Houd er rekening mee dat wanneer een taak is afgebroken (vanwege gebruikersinteractie of technische problemen), deze niet wordt beschouwd als ten volle te zijn uitgevoerd. De QA-status kan een van de volgende drie waarden hebben:
Conform : de meest recente uitvoering van de QA-test heeft een ‘Geslaagd’ resultaat opgeleverd, omdat de gemeten waarden voldoen aan de criteria die in de beleidslijn zijn vastgelegd.
Niet conform : de meest recente uitvoering van de QA-test heeft een ‘Gefaald’ resultaat opgeleverd omdat de gemeten waarden niet voldoen aan de criteria die in de beleidslijn zijn gedefinieerd.
In behandeling : er is nog geen resultaat beschikbaar voor deze QA-test. Dit is de initiële status. Meestal gebeurt dit bij het installeren van de software-agent op een nieuw werkstation, bij het verbinden van nieuwe schermen of bij het toepassen van een aangepaste beleidslijnen met nieuwe QA-tests of QA-tests met gewijzigde criteria.
Planning-status van afzonderlijke taken
De planning-status geeft aan of de QA-test is uitgevoerd volgens de geconfigureerde planning in de beleidslijn. Voor deze indicator wordt geen onderscheid gemaakt of een positief dan wel negatief resultaat werd verkregen; het geeft alleen informatie over wanneer de laatste taakuitvoering was. Houd er rekening mee dat een taak alleen wordt beschouwd als uitgevoerd wanneer deze succesvol voltooid werd (afgebroken taken door gebruikersinteractie of technische problemen kunnen de uitvoering van een taak in de weg staan). De planning-status kan een van de volgende drie waarden aannemen:
Op tijd : de taak is ten minste eenmaal uitgevoerd binnen het huidige plannings-interval. Als bijvoorbeeld een scherm met een beleidslijn waarvoor een Luminantierespons-test met een maandelijks schema is vereist, die test in de huidige maand heeft uitgevoerd, wordt de planning-status beschouwd als Op tijd.
Uit te voeren : de taak is nog niet uitgevoerd in het huidige plannings-interval, maar er is een taak uitgevoerd in het vorige plannings-interval. Dit voorbeeld is ook van toepassing op een maandelijkse taak: als een taak met een maandelijkse frequentie nog niet werd uitgevoerd in de huidige maand, maar er is een uitvoering geweest in de maand ervóór, dan wordt de planning-status Uit te voeren. De status zal terugschakelen naar Op tijd wanneer de uitvoering van een taak effectief voltooid is. Als echter een volledig interval zonder enige uitvoering verloopt, zal de planning-status wijzigen naar Vervallen.
Vervallen : de taak is niet uitgevoerd in het vorige interval en is ook nog niet uitgevoerd in het huidige plannings-interval. In ons voorbeeld van een taak met maandelijks schema, wordt de planning-status vervallen vanaf het moment dat een hele kalendermaand is verstreken zonder dat deze taak is uitgevoerd. De status blijft Vervallen totdat er een uitvoering van de taak wordt voltooid, waarna deze opnieuw Op tijd zal worden.
Een software-agent met Uit te voeren of Vervallen taken zal proberen om deze taken automatisch uit te voeren enkel als aan een aantal voorwaarden wordt voldaan - dit wordt verderop in dit hoofdstuk beschreven.
Hoe de taak planning de uitvoeringstijd van taken bepaalt
In het QA-beleid wordt elke taak geconfigureerd met een planning die de frequentie bepaalt waarmee de taken worden uitgevoerd door de QAWeb-agent. De QAWeb-agent zal bepalen dat een taak moet worden uitgevoerd wanneer deze nog niet is uitgevoerd in het huidige plannings-interval (inclusief als deze nog nooit eerder is uitgevoerd). Op dit moment wordt de planning-status van een taak Uit te voeren. Als er een volledig plannings-interval zonder uitvoering verstrijkt, dan wordt de Planning-status Vervallen.
De volgende tabel geeft een overzicht van hoe het interval wordt bepaald door de planning.
Planning |
Intervallen starten (op 00:00) |
Intervallen eindigen (op 23:59) |
---|---|---|
Dagelijks |
Iedere dag |
Op het einde van elke dag |
Wekelijks |
Elke maandag |
Op het einde van zondagavond |
Tweewekelijks |
Elke 1ste en 15de van de maand |
Op het einde van de laatste dag van de maand en op het einde van de 14de van de maand |
Maandelijks |
Elke eerste dag van de maand |
Op het einde van de laatste dag van de maand |
Driemaandelijks |
Elke eerste dag van elk kwartaal |
Op het einde van de laatste dag van het kwartaal |
Halfjaarlijks |
Elke eerste dag van elk semester |
Op het einde van de laatste dag van het semester |
Jaarlijks |
Elke eerste januari |
Op het einde van het jaar |
Aangepast |
Aan het begin van de door het schema vastgestelde periode |
Aan het begin van de volgende periode ingesteld door schema - 1 minuut |
Wanneer de QAWeb-agent detecteert dat een taak moet worden uitgevoerd (wanneer de status Uit te voeren of Vervallen is), zal het proberen om de QA-tests uit te voeren. Wanneer de taak kan worden uitgevoerd, hangt voornamelijk af van de vraag of de taak kan worden uitgevoerd zonder tussenkomst van de gebruiker.
Automatische taken : wanneer de taak kan worden uitgevoerd met de interne sensor van het Barco scherm zonder tussenkomst van de gebruiker, zal deze functie proberen om de taak zo snel mogelijk uit te voeren. Hiervoor moet het werkstation ingeschakeld zijn, moet de QAWeb-agent gestart zijn en moeten de schermen actief zijn en correct aangesloten.
Handmatige taken : wanneer de taak handmatige interactie vereist (bv. een externe sensor vereist is; of een visuele test vragenlijst moet worden ingevoerd), kan de taak niet automatisch worden uitgevoerd en wordt verwacht dat een gebruiker deze uitvoert met behulp van de gebruikersinterface van de software-agent op het werkstation. De QAWeb-agent zal gebruikersmeldingen genereren in de meldingenzone van het Windows-systeem, als een reminder dat de taak moet worden uitgevoerd.
Houd er rekening mee dat het planningsysteem zodanig is ontworpen dat het tijdstip van uitvoering van QA-tests van meerdere werkstations uiteindelijk zal worden gesynchroniseerd aan het begin van elk tijdsinterval. Dit is onafhankelijk van wanneer het werkstation of het scherm werd geïnstalleerd.
Dit betekent dat voor een bepaalde planning het planningsinterval twee keer zal verstrijken voordat het wordt aangegeven als vervallen. Een extreem voorbeeld: een QA-test met een jaarlijkse planning, die voor het eerst werd uitgevoerd op de eerste januari van jaar één, zal op de 31ste december van jaar twee nog steeds in de status ‘Uit te voeren’ staan. Hoewel bijna twee jaar zijn verstreken, zal het niet worden gemarkeerd als ‘Vervallen’. QAWeb zal echter de hele periode hebben aangegeven dat de taak moest worden uitgevoerd.
Opmerking over aangepaste schema’s
De applicatie ondersteunt het instellen van een aangepast schema voor een taak. Dit biedt veel mogelijkheden, zoals ‘elke woensdag om 8:00 uur draaien’ of ‘vervalt in maart en oktober’. Het schema markeert de kalender met momenten waarop het volgende moment de taak afmaakt. Het moment daarna heeft voor gevolg dat deze is vervallen.
Energiebeheer van Automatische taken configureren
De functie Automatische taken kan worden uitgevoerd zonder tussenkomst van de gebruikers van het werkstation. U kunt configureren hoe dergelijke taken omgaan met schermen die zich in de energiebesparende modus / DPMS bevinden. Dit geldt niet voor de functie Manuele taken die alleen kan worden geactiveerd door een gebruiker voor het werkstation. Om deze functie te configureren, naar de _Voorkeuren_ pagina van het _QA_ gedeelte gaan.
In de standaard modus moeten schermen actief zijn om taken te kunnen uitvoeren. De schermen staan gewoonlijk in stand-by na een periode van inactiviteit van het werkstation. Dit wordt bepaald door de energiebesparende instellingen van het werkstation. QAWeb heeft een actief scherm nodig om zijn taken te kunnen uitvoeren. QAWeb kan op dat moment dus geen schermtaken uitvoeren en wacht tot er weer iemand voor de werkpost staat.
QAWeb kan ook worden geconfigureerd om de schermen te activeren wanneer taken moeten worden uitgevoerd. Tijdens het uitvoeren van de taak worden de schermen actief gehouden. Dit gebeurt aan het begin van het in de bovenstaande paragraaf vermelde planninginterval. Dit is meestal om middernacht. Voor deze functie moet het werkstation ingeschakeld blijven.
Hou er rekening mee dat taken die afhankelijk zijn van fysieke aspecten van het scherm, doorgaans 10 minuten wachten nadat het scherm koud is opgestart. Na deze wachttijd hebben de interne temperatuur van de apparatuur en de lichtopbrengst de beste waarden bereikt om optimale meetresultaten te halen.
QA-status en planning-status op Workstation niveau
Voor elk werkstation worden de QA-status en Planning-status van alle van toepassing zijnde QA-tests samengevoegd op werkstationniveau. Om te bepalen welke QA-tests van toepassing zijn, kijkt de beleidslogica naar een combinatie van het gebruik van de aangesloten schermen en de toewijzing van QA-beleidslijnen aan de organisatiestructuur.
De QA-status op workstation niveau wordt als volgt geaggregeerd:
Niet conform : ten minste één QA test heeft een Niet conform QA status.
In behandeling : ten minste één QA-test heeft een In behandeling QA-status EN er is geen enkele taak die Niet conform is
Conform : alle van toepassing zijnde QA testen hebben een Conform QA status.
Houd er rekening mee dat Niet Conform ‘sterker’ is dan de In behandeling status.
De planning-status op workstationniveau wordt als volgt geaggregeerd:
Vervallen : ten minste één van toepassing zijnde QA-test heeft een vervallen planning-status.
Uit te voeren : ten minste één van toepassing zijnde QA test heeft een Uit te voeren planning-status EN er is geen enkele vervallen taak
Op tijd : alle van toepassing zijnde QA-tests hebben een Op tijd planningsstatus.
Sommige taken zijn alleen van toepassing op beeldschermen die een specifiek technisch kenmerk of een specifieke technische eigenschap hebben. Wanneer het beeldscherm niet voldoet aan deze vereisten, wordt de taak gemarkeerd als Niet van toepassing. Deze Niet van toepassing taken worden genegeerd voor het berekenen en samenvoegen van de QA-status en de planningstatus. De SteadyColor-responstest wordt bijvoorbeeld Niet van toepassing op beeldschermen die de SteadyColor technologie niet ondersteunen.
Samenvatting: Hoe de QA-status en planning-status te interpreteren
De primaire intentie om de status van QA-tests te splitsen in de ‘QA-status’ (laatste resultaat) en de ‘Planning-status’ is om de volgende werkwijze aan te bieden voor gebruikers die verantwoordelijk zijn voor het opvolgen van QA:
Om een situatie te bereiken waarbij alle QA-tests Conform en Op tijd zijn
Taken met een QA-status In behandeling moeten indien mogelijk automatisch worden uitgevoerd. Indien er taken zijn die handmatige tussenkomst vereisen, moeten deze taken worden uitgevoerd om een status Conform of Niet conform te bereiken.
Wanneer een Niet conform resultaat wordt weergegeven, is een onmiddellijke inspectie wenselijk. Als de taak opnieuw wordt uitgevoerd en het resultaat Niet conform blijft, onderneemt u de gepaste actie (bijvoorbeeld de schermen vervangen door andere schermen, of gebruikt u het scherm voor doeleinden met minder strenge eisen, bijvoorbeeld door het gebruik te wijzigen of het beeldscherm te verplaatsen naar een ruimte met minder streng beleid)
Wanneer een Vervallen planning-status verschijnt, moet dit zo snel mogelijk worden onderzocht. Als geautomatiseerde taken vervallen zijn, is het mogelijk dat technische problemen (bijvoorbeeld het werkstation dat nog niet online is of de schermen die zijn uitgeschakeld of werden losgekoppeld) daar aan de basis van liggen. Wanneer het om taken gaat waarbij een handmatige tussenkomst vereist is, zorg er dan voor dat ze op tijd worden uitgevoerd. Tot slot moet de mate van ernst van Vervallen statussen beoordeeld worden door de QA-verantwoordelijken binnen de context van de effectieve QA-voorschriften of richtlijnen.
Wanneer taken Uit te voeren zijn, moeten de QA-verantwoordelijken dit opvolgen en ervoor zorgen dat deze taken tijdig worden voltooid. Uit te voeren taken kunnen als minder urgent worden beschouwd in vergelijking met Vervallen taken.